Tête de moine
Tête de Moine |
Al in 1192 wordt voor het eerst melding gemaakt van de tête de moine kaas in de geschriften van de monniken van abdij van Bellelay in Saicourt. Het waren deze monniken die de kaas voor het eerst produceerden. Toch verwijst de naam van de kaas waarschijnlijk niet naar de monniken die hem uitvonden, maar naar de manier waarop de kaas wordt geserveerd: de bovenkant wordt eraf geschraapt, waardoor de kaas lijkt op een monnik met een tonsuur. Volgens de overlevering waren het Franse soldaten ten tijde van Napoleon die deze naam bedachten.
Tête de moine en kaaskrullers
Tête de moine kaas wordt dus niet gesneden, maar geschaafd of 'gedraaid' met een zogenaamde kaaskruller of girolle - een uitvinding die nog slechts een kleine twintig jaar oud is. De korst valt tijdens het schaven in kleine stukje uit elkaar en de kaas zelf vormt zich in sierlijke rozetjes die nog het meest lijken op cantharellen. De tête de moine heeft een heerlijk volle, romige smaak.
Tête de moine kaaskruller |
De tête de moine is vooral lekker als dessertkaas. Hier volgt een lijst met toevoegingen die de smaak van deze Zwitserse delicatesse nog beter doet uitkomen:
- Sherry
- Frisse, droge witte wijn
- Volle fruitige, rode wijn
- Een vers, knapperig brood
- Walnoten
- Druiven
- Seizoenspeper
Met een dergelijk dessert maakt u geheid een grote indruk op uw gasten. Maar het belangrijkste is natuurlijk de smaak. 'Monnikshoofd' klinkt misschien niet zo aantrekkelijk, maar het is een van de lekkerste kazen die er bestaan.